De Wet van Moore

De Wet van Moore betreft de snelheid van technologische vooruitgang. De wet stelt dat het aantal transistors in een geïntegreerde schakeling elke twee jaar zal verdubbelen. Het verbazende is niet dat Gordon Moore in 1965 de snelheid van dit technologische proces zo exact wist te duiden. Het verbazende is ook niet dat de wet al bijna 50 jaar van kracht is. Nee, het verbazende, althans voor mij, is dat de wet een goede voorspelling doet van een proces dat op het moment van voorspellen nog onbekend is.

Levensverwachting
Vergelijk dit eens met de ontwikkelingen in de levensverwachting. Ook de toename van de levensverwachting verloopt vrij constant in de tijd: elke vijf jaar komt er één jaar levensverwachting bij. Ook de levensverwachting is te voorspellen zonder de onderliggende processen te kennen. Dat is wat statistici plegen te doen. Zij voorspellen dat de groei van de levensverwachting zich ongehinderd zal voortzetten. Het kan ook anders. Een alternatieve benadering is om de processen achter de groei van de levensverwachting in kaart te brengen en daarop voorspellingen te baseren. Dat is de benadering die door sommige demografen wordt toegepast. Deze voorspellingen houden in dat de levensverwachting steeds minder groei zal laten zien. Tot nu toe hebben de voorspellingen van de statistici het glansrijk van die van de demografen gewonnen.

Arbeidsproductiviteit
Eric Bartelsman past de Wet van Moore toe op de economie. Zijn conclusie is dat dankzij technologische ontwikkelingen de arbeidsproductiviteit de komende decennia een groei van 2,5 procent per jaar kan laten zien. Hier spreekt optimisme. Optimisme dat de statistische verbanden uit het verleden mogen worden doorgetrokken naar de toekomst zonder precies de achterliggende processen te kennen. Niet iedereen is het met hem eens. Uiteraard niet. We praten immers over economie. De Amerikaanse goeroe Robert Gordon voorspelde nog niet zo lang geleden het einde van de economische groei. Hij analyseerde in detail waarom de wetmatigheden sinds de eerste industriële revolutie in de komende decennia niet zouden op gaan. De parallel met de discussie over de levensverwachting is duidelijk: de ‘statistische’ benadering van Bartelsman tegenover de ‘demografische’ benadering van Gordon.

Structurele economische groei
Het mooie van de analyse van Bartelsman is echter niet de ‘statistische’ benadering. Nee, het mooie schuilt in iets anders. De analyse van Bartelsman rept niet over monetair beleid sinds het uitbreken van de crisis: de liquiditeitsval, de kwantitatieve verruiming, de angst voor inflatie, de angst voor deflatie. Zijn analyse heeft het evenmin over begrotingsbeleid: de afbouw van schulden, het kapot bezuinigen van de economie, de fiscal multiplier. Bartelsman richt zich daarentegen op de determinanten van structurele economische groei: innovatie, onderwijs en opleiding, ontslagrecht.

Macro-economische Verkenningen
Structurele economische groei is vele malen belangrijker dan goede economische prestaties op de korte termijn. Voor wie smult van de Macro-economische Verkenningen van het Centraal Planbureau, is ook de analyse van Bartelsman verplichte kost.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *