En toen was er een sociaal akkoord. Wie meende dat het poldermodel niet meer bestond, weet nu beter. Met de totstandkoming van een sociaal akkoord is het draagvlak voor het regeringsbeleid flink vergroot. En uit het verleden weten we dat overeenstemming tussen regering en sociale partners voor het welslagen van regeringsbeleid cruciaal kan zijn.
Regeerakkoord
Maar is alles daarmee koek en ei? Bepaald niet. Het sociaal akkoord wijkt op punten sterk van het regeerakkoord af. Het sociaal akkoord moet nog verder worden ingevuld. Aan de afspraken over verdere bezuinigingen worden verschillende interpretaties gegeven. En binnen de VVD is over deze bezuinigingen onenigheid ontstaan.
Economische groei
De in maart dit jaar aangekondigde bezuinigingen kunnen komen te vervallen als de consumptieve bestedingen flink aantrekken en voor één procentpunt extra economische groei zorgen. De opstellers van het sociaal akkoord gaan ervan uit dat deze groei er komt, ook omdat ze geloven dat het sociaal akkoord het vertrouwen in economisch herstel zal aanwakkeren. Maar zal de beoogde economische groei zich ook realiseren? De index van het consumentenvertrouwen staat al lange tijd zwaar in de min. Of dit vertrouwen wordt vergroot met de totstandkoming van het sociaal akkoord, moet worden betwijfeld. Het terugkomen op eerder genomen besluiten, het uitstellen van maatregelen en het verschillend interpreteren van afspraken voeden eerder onzekerheid dan vertrouwen. En onzekerheid bevordert besparingen, niet consumptie.
Besparingen
In de economische literatuur is het al jarenlang bekend dat onzekerheid besparingen aanmoedigt. Interessant is het recente empirische onderzoek van Chamon en anderen naar de besparingen in China. De onderzoekers vinden dat stijgende inkomensonzekerheid een belangrijke factor is geweest achter de toename van de spaarquote in de afgelopen twintig jaar. Mogelijk nog interessanter is het onderzoek van Giavazzi en McMahon naar het effect van de politieke onzekerheid in Duitsland ten tijde van de verkiezingsstrijd tussen Helmut Kohl en Gerhard Schröder in 1998. Ook dit onderzoek vindt een positief verband tussen onzekerheid en besparingen.
Investeringen
Voor investeringen geldt een soortgelijk verhaal. Des te onzekerder de economische vooruitzichten, des te minder ondernemingen geneigd zijn om tot investeringen over te gaan. De empirische onderzoeken concluderen dat het om een significant effect gaat. Waarschijnlijk werkt een onzeker economisch klimaat zelfs sterker door op investeringen dan op consumptie. Toch zal het effect van onzekerheid via consumptie prominenter zijn omdat er veel meer wordt geconsumeerd dan geïnvesteerd.
Fiscale multipliers
Ook de literatuur over fiscale multipliers wijst op de rol van vertrouwen. Alberto Alesina presenteerde onlangs onderzoek dat aangeeft dat in die gevallen waarin bezuinigingen tot extra economische groei leidden, de index van het producentenvertrouwen omhoog ging. De index van het consumentenvertrouwen gaf echter nauwelijks een reactie, wat spoort met de notie dat investeringen gevoeliger zijn dan consumptie voor veranderingen in de economische omgeving.
Slecht nieuws
De economische literatuur biedt al met al slecht nieuws voor de opstellers van het sociaal akkoord. Wanneer beleidsveranderingen de onzekerheden ten aanzien van de toekomstige economische ontwikkeling vergroten, worden consumptie en investeringen afgeremd. Het signaal is duidelijk: in plaats van extra groei zorgt het sociaal akkoord juist voor minder groei.