Alle berichten van ewmtw

Corona en de Grote Recessie

Wie denkt dat het coronavirus de strijd heel erg langzaam aan het verliezen is, heeft het mis. Het moment waarop het virus begint toe te slaan, verschilt sterk tussen landen en regio’s in de wereld. Dit verklaart dat het aantal nieuwe infecties per dag inmiddels in veel Europese landen terugloopt, terwijl het nog steeds stijgende is in veel andere landen in de wereld. Zie Brazilië, India, Chili en Pakistan. Daarnaast weten we uit de wetenschap dat virusinfecties vaak meerdere golven hebben. Het coronavirus zou zich – als ware het de manifestatie van een doordachte oorlogsstrategie – voor maanden uit Nederland kunnen terugtrekken om in de R-maanden opnieuw op te duiken. Dat landen als China, Zuid-Korea en Japan na een rustige periode weer opnieuw met het virus te kampen hebben, is wat dat betreft een slecht voorteken.

De wetenschap – de laatste jaren steeds meer verguisd en gekleineerd. ‘Wetenschap is ook maar een mening’ werd meer gemeengoed dan je voor mogelijk houdt. Maar als de wereld in crisis is, houden we ons ineens krampachtig aan diezelfde wetenschap vast. Wetenschap als een god.

De mogelijkheid dat het coronavirus voor nog veel meer medische schade kan gaan zorgen, is reëel. Niet als plotsklaps een vaccin beschikbaar zou zijn, maar daar ziet het op dit moment niet naar uit. De reden? Het leven is meer dan een strijd tegen virussen. Hele steden en economieën stilleggen kan misschien voor enkele weken, wellicht enkele maanden – zie Azië – maar eens houdt het op. Zo is te begrijpen dat landen beginnen hun lockdowns te verlaten – wellicht daartoe aangestoken door andere landen.

En die andere schade van het coronavirus, de economische? Nu al is deze groot, maar er is nog veel meer mogelijk. Zelfs wanneer alle lockdowns morgen zouden worden opgeheven, is het maar de vraag of consumenten hun oude levenspatroon direct zouden hervatten. En of ondernemers de toekomst voldoende zonnig zouden inzien en snel hun eerder geplande investeringen zouden gaan realiseren. Gelukkig staat het bankwezen er aanmerkelijk beter voor dan tijdens de Grote Recessie van 10 jaar geleden. Maar als de economische problemen bij bedrijven aanhouden en banken steeds meer op hun leningen moeten gaan afschrijven, komen ook de banken in de problemen. Uit ervaring, onder andere opgedaan tijdens de Grote Recessie, weten we dat banken dan kunnen gaan snijden in hun kredietverlening. Nog minder consumptie, investeringen en nog meer banenverlies.

Het IMF en de Wereldbank zien een dergelijk scenario met argusogen tegemoet. Ze roepen nationale toezichthouders zoals DNB in ons land op flexibel om te gaan met het toezicht op financiële instellingen, zij het binnen zekere grenzen. Dat is ook de enige juiste route. Voorkom vooral dat de economische brand van het bedrijfsleven naar de banken overslaat. En daarna? Dat zien we tegen die tijd, na het blussen.

Terug naar de gulden

Het is zaterdag 23 mei 2020. Trouw geeft een podium aan Bert de Vries die oppert dat Nederland terug zou moeten gaan naar de gulden. Niet helemaal, de euro zou er moeten blijven voor het internationale betalingsverkeer, maar voor binnenlands gebruik zouden we beter af zijn met de gulden. Het voordeel zou zijn dat Nederland de wisselkoers terug krijgt als beleidsinstrument, hoewel De Vries tegelijkertijd stelt vaste koersen met andere valuta’s te willen nastreven. Als ik het goed begrijp wil hij een stelsel invoeren waarin gulden en euro naast elkaar bestaan en waarvan de koersverhouding in principe vast is, maar aanpasbaar indien de economische omstandigheden erom vragen.

De Nederlandsche Bank zal er niet op zitten te wachten. Een tweemuntenstelsel betekent een forse verzwaring van haar takenpakket. En ze komt in een dubbelrol te verkeren: bepaler van het Nederlandse beleid dat de waarde van de gulden bewaakt en uitvoerder van het Europese beleid dat de waarde van de euro bewaakt. Ons bedrijfsleven zal ook niet staan te springen. Verdien je je euro’s met een goede export, blijken die euro’s ineens weinig waard in eigen land omdat de gulden net is gerevalueerd. En wat vinden onze gepensioneerden ervan – de huidige en de toekomstige die nu nog aan het werk zijn? Boeren de pensioenfondsen goed met hun beleggingen wereldwijd, blijken ze toch te moeten korten op de pensioenen omdat het rendement in guldens lager uitvalt dan dat in euro’s en dollars.

Ik ben wat achterdochtig. Ik bespeur eigenbelang. Ik vermoed dat De Vries zijn guldens van toen heeft bewaard, in een kast of zak of kluis. Munten, maar vooral bankbiljetten – zonnebloemen, snippen, vuurtorens. Als die Europese muntunie klapt en de euro niets meer waard is, heeft hij altijd nog zijn guldens. En hoeft hij zich toch geen zorgen te maken over zijn pensioen. Ik vind het volstrekt begrijpelijk dat hij naar de gulden terug wil.

Coronablog

Mijn laptop laat weten dat het vandaag 15 april 2030 is. Ik moet aan de slag om een nieuwe simulatie te draaien, maar dat vlot nog niet zo erg. De zon schijnt uitbundig en dat brengt mijn gedachten bij 2020, het jaar waarin het coronavirus de wereld definitief veranderde. Gedwongen thuiszitten, de wereld op zijn kop. Eenzelfde zon als nu, maar toen maakte dat het thuiszitten soms knap lastig.

De quarantaine waar we aan werden onderworpen heeft als je erover denkt ontzettend veel veranderd. Wie had gedacht dat iets onzichtbaar kleins het hele werk-thuismodel op zijn kop zou zetten? Wie had voorzien dat 10 jaar later het merendeel van het werk vanuit huis plaatsvindt? Dat kantoren inmiddels massaal zijn ingewisseld voor veel kleinere samenkomstplekken? Dat we er toch in zijn geslaagd de klimaatverandering een slag toe te brengen? Ik kijk naar buiten vanuit mijn appartement, hartje Den Haag. Vroeger stonden de auto’s hier bumper aan bumper, nu raast er slechts af en toe een bestelbusje voorbij.

Ach ja, vroeger. Ik keer terug naar mijn bureau. Mijn mobieltje weerkaatst het zonlicht. Ook dat is natuurlijk flink veranderd: de vaste werkplek thuis, afgezonderd van de andere gezinsleden. Tien jaar geleden was het nog flink improviseren toen de crisis ons overviel. Met het hele gezin in één kamer, behalve de kat die zich vanwege een overdaad aan lawaai terugtrok in de voorraadkast. Maar, niet geklaagd, het ging ons redelijk goed af. Maar toen bleek dat thuiszitten niet tot enkele weken beperkt zou blijven, heb ik deze werkplek gecreëerd. En ik niet alleen, natuurlijk. Ik zag vorige week nog een bericht van het Nederlandse Bureau voor de Statistiek (de opvolger van het toenmalige Centraal Bureau voor de Statistiek, red.) dat stelde dat zo’n 45 procent van de Nederlandse gezinnen tegenwoordig over een vaste werkkamer beschikt.

De zon begint te draaien en belicht nu de laptop. Wat de techniek niet allemaal vermag! Vroeger draaide ik 20 simulaties in één keer, met één parameterset. Een paar minuutjes wachten en alle uitkomsten stonden voor me klaar. Tegenwoordig draai ik dezelfde simulaties standaard met 100.000 verschillende parametersets, in evenveel tijd! Ook dankzij corona, natuurlijk. COVID-19 heeft wereldwijd de IT een geweldige boost gegeven.

11:00, zo valt van mijn laptop af te lezen, wordt ik vandaag in de stadsdeelkliniek verwacht voor mijn testen. Ook dat had ik tien jaar geleden niet voorzien, dat we ons tweemaal per week op allerlei virussen moeten laten testen. Maar toen halverwege het jaar, toen de crisis voor een belangrijk deel was bezworen, bleek dat corona nooit geheel zou verdwijnen, toen het ons duidelijk werd dat de virusvijand in andere vorm ook in de toekomst weer zou kunnen toeslaan (het massaal doden van vleermuizen waar sommige landen destijds toe zijn overgegaan, zet natuurlijk weinig zoden aan de dijk), toen was er geen ontkomen meer aan dat testen net zo gewoon zou worden als de gang naar de winkel. Hoewel ik me nog goed weet te herinneren dat Nederland hier aanvankelijk niet voor voelde en pas overstag ging na grote druk van andere landen.

9:24, dat is een mooie tijd om de simulatie op te starten. Y=C+I+G+X+M. Nee, dat is niet juist, natuurlijk: M moet niet worden opgeteld, maar afgetrokken. Sommige dingen veranderen nooit.

Zijn bitcoins een slimme belegging?

De bitcoin wint terrein. Steeds meer mensen willen in de exotische valuta beleggen. Is dat slim? Is het inderdaad verstandig je geld in bitcoins te steken? Op die vraag zijn twee antwoorden mogelijk: ja en nee. Ja, kijk maar naar de winsten die zijn gemaakt door diegenen die lang geleden zijn ingestapt. Of nee, bitcoins zijn zo goed als zeker een financiële zeepbel en kenmerkend voor een dergelijke zeepbel is dat deze ooit uiteenspat. Als het zover is, verspeelt de belegger in één keer al zijn eerdere winsten. Sterker nog, als je nu instapt of dat kortgeleden hebt gedaan, resulteert een netto verlies.

Zeepbel?
Of de bitcoin een zeepbel is, wordt wel betwijfeld. Dat is niet zo vreemd. Vaak is er te weinig informatie beschikbaar om objectief te kunnen vaststellen of er in een bepaald geval sprake is van een financiële zeepbel. Zelfs achteraf is het soms lastig te beoordelen. In het geval van bitcoin lijkt mij echter wel degelijk van een zeepbel sprake. Kenmerkend voor een zeepbel is dat de koers van het aandeel in kwestie niet in verhouding staat tot de onderliggende waarde. Nu heeft een bitcoin wel onderliggende waarde, namelijk de blokchain technologie. Maar de valuta en de technologie staan los van elkaar. Er zijn inmiddels tientallen cryptomunten in omloop die van dezelfde blockchain technologie gebruikmaken. Bovendien kan de blockchain technologie de voortdurende koersstijging van de bitcoin niet verklaren. Is deze technologie inderdaad baanbrekend, dan kan dit een hoge aandelenkoers opleveren, maar niet een voortdurende stijging van die koers.

Verantwoorde belegging?
Maar is het eigenlijk wel relevant of van een zeepbel sprake is? Is, wanneer de bitcoin een zeepbel is, een belegging in bitcoins onverantwoord? Nee, dat is niet het geval. In een uitermate lezenswaardig artikel heeft econoom Olivier Jean Blanchard lang geleden al laten zien dat een belegging in een zeepbel net zo verantwoord kan zijn als een belegging in andere financiële titels. Bij belegging in een zeepbel voor een bepaalde periode kunnen twee dingen gebeuren. Of de zeepbel blijft groeien en de belegger boekt een mega winst. Of de zeepbel spat uiteen en de belegger sluit de periode af met een giga verlies. Het gemiddelde rendement op een zeepbelbelegging is het gewogen gemiddelde van mega winst en giga verlies met de kansen op winst en verlies als gewichten. Als dit gemiddelde rendement in verhouding staat tot dat op andere financiële titels, hoeft een belegging in bitcoins absoluut niet onverantwoord te zijn.

Verlies
Wel zul je, als je een belegging in bitcoins overweegt, het nodige huiswerk moeten doen. Staar je niet blind op het super rendement, maar bereken ook het verlies dat je lijdt wanneer het bitcoin aandeel de volgende dag tot nul (of iets daarboven) terugvalt. Past dat verlies binnen je budget, dan mag je best een gokje wagen. Past dat daar niet in en investeer je toch, dan ben je op zijn minst een beetje dom.

Overheden
Naar verluidt beginnen overheden steeds nerveuzer te worden. Wat als de bitcoin terrein blijft winnen? Dit kan inderdaad ooit een probleem gaan geven. Want als straks een grote schare mensen hun spaargeld kwijtraakt, dan kan een moreel beroep op de overheid worden gedaan om bij te springen. De vraag is of dat terecht zou zijn. Als de overheid winsten op bitcoinbeleggingen normaal belast, past het niet te verwachten dat verliezen worden kwijtgescholden. Daarnaast worden beleggers regelmatig gewezen op de eraan verbonden risico’s, zoals door DNB en de AFM.

Gokje wagen
Goed geïnformeerd een gokje wagen door in bitcoins te investeren, daar is niets mis mee. Mega winsten of giga verliezen, it ’s all in the game.

Voor wie geen blog wil missen, klik hier

Doorsneesystematiek

Kabinet schaft doorsneepremie af in het pensioenstelsel:  ‘einde aan de herverdeling die het gevolg is van de doorsneesystematiek’

Weglaten
Wat ik zo mooi vind aan de economische wetenschap is haar vermogen om weg te laten: al die zaken die er niet of nauwelijks toe doen worden weggelaten zodat meer inzicht wordt verkregen in de kern van een probleem. Het wiskundige equivalent ervan zijn de economische modellen. Verder lezen

Richard Thaler

In termen van complottheorie is het tamelijk logisch: dat Richard Thaler dit jaar de Nobelprijs Economie zou winnen. Want Thaler is een man (mannen zijn oververtegenwoordigd bij de Nobelprijs Economie), Amerikaan (Amerikanen zijn oververtegenwoordigd), verbonden aan de universiteit van Chicago (eveneens oververtegenwoordigd) en bovendien prominent vertegenwoordiger van de school van behavioral economics (of, in het Nederlands, gedragseconomie). De school van de gedragseconomie wint steeds meer terrein, in wetenschap én beleid, dus het kon niet bij één Nobelprijs blijven.1) Verder lezen

Grijze druk

Bevolkingsstructuur2017Bveolkingsstructuur2060

Het begrip wordt al jaren gebruikt: grijze druk. Om de verhouding aan te geven tussen het aantal personen van 65 jaar en ouder en het aantal personen in de leeftijd van 20 tot en met 64 jaar (of soms 15 tot en met 64 jaar, afhankelijk van het rapporterende instituut). Ikzelf ben al lang geleden van dit begrip afgestapt. Het leek mij denigrerend voor ouderen. Liever spreek ik over dependency ratio, in het Nederlands afhankelijkheidsratio. Totdat iemand in de collegezaal bijna verschoot bij het aanhoren van deze term. Waarom kwalificeert u ouderen als afhankelijk? Verder lezen

TrumpCare

Trump houdt woord. Veel van zijn verkiezingsbeloftes heeft hij in zijn eerste honderd dagen presidentschap dan misschien niet waargemaakt, de afschaffing van ObamaCare is in elk geval in gang gezet.* 4 mei ging de House of Representatives in de VS akkoord met de American Health Care Act (Trumpcare), een serieuze aanpassing van de Affordable Care Act (ACA of ObamaCare). De Senate moet nog accorderen, dus tot zover is er nog niets aan de hand. Maar de toon is wel gezet. Verder lezen

Keuzestress: zal ik die blauwe nemen of toch maar die roze? Of misschien die – oh, wat schattig! – blauwroze?

Wat is er leuker dan shoppen? Eindeloos dingen bekijken zonder direct te hoeven kiezen. Pas te kiezen als je zeker weet wat bij je past. En er dan van te genieten. Weinigen zullen dit als keuzestress betitelen en, voor zover ze dat wel doen, als prettige stress. En je zou er niet aan moeten denken dat iemand anders over jouw aankopen beslist. Verder lezen