Korter leven door later pensioen

Standaardvraag in mijn colleges over vergrijzing is wat met de pensioenleeftijd zou moeten gebeuren om de vergrijzing tegen te gaan? Het antwoord is dat de pensioenleeftijd proportioneel met de levensverwachting zou moeten worden verhoogd zodat de verhouding tussen aantal jaren op de arbeidsmarkt en in pensioen constant blijft. In veel landen hebben we echter iets compleet anders zien gebeuren. De levensverwachting is decennialang gestegen, terwijl de pensioenleeftijd tot voor kort onveranderd is gelaten. Sterker nog, de leeftijd waarop mensen konden uittreden, is in veel gevallen vervroegd.

Medische technologie
Dat de levensverwachting voortdurend is blijven groeien, lijkt eenvoudig te verklaren vanuit de vooruitgang in medische technologie. De medische wetenschap heeft gezorgd voor betere opsporings- en behandelmethoden en betere geneesmiddelen. Dat de pensioenleeftijd niet is veranderd, is lastiger te verklaren. Het antwoord zou politieke inertie kunnen zijn, het onvermogen om snel adequate beleidsmaatregelen te nemen. Dit wordt nog eens in de hand gewerkt door het gegeven dat de levensverwachting niet sprongsgewijs, maar geleidelijk stijgt. Echter, deze verklaring valt moeilijk te rijmen met de vervroeging van de uittreedleeftijd welke ook aan beleid is toe te schrijven.

Beleid
Ik kom met een heel andere verklaring. Deze luidt dat werk slecht is voor de gezondheid, dat een slechte gezondheid de levensverwachting bekort en dat beleidsmakers hun beleid dusdanig hebben vormgegeven dat het de levensverwachting maximaliseert. Ofwel: beleidsmakers hebben ervoor gekozen de leeftijd waarop mensen de arbeidsmarkt verlaten te vervroegen om zodoende via de link arbeid-gezondheid-levensverwachting mensen een langer leven te bezorgen. De vraag waarom de ontwikkelingen de laatste jaren de andere kant opgaan (afschaffing VUT, verhoging pensioengerechtigde leeftijd) laat zich eenvoudig beantwoorden. De overheidsfinanciën ontwikkelen zich dusdanig slecht, dat het onmogelijk wordt een dergelijk beleid te blijven volhouden. Het gegeven dat de levensverwachting vanwege de medisch-technologische vooruitgang maar blijft doorgroeien, maakt het gemakkelijker de koers van het beleid te verleggen.

Onderzoek
Deze verklaring is ongeloofwaardig en er valt veel op af te dingen. Heeft ooit een beleidsmaker dit argument in de mond genomen? Leidt late pensionering wel tot een verslechtering van de gezondheid en tot korter leven? Is de boodschap van de kosten van vergrijzing dusdanig snel tot de beleidsmakers doorgedrongen dat al jaren geleden tot beleidsaanpassingen is besloten? Toch is mijn verklaring niet helemaal onschuldig. Onderzoekers uit Amsterdam en Bonn hebben recentelijk laten zien dat vervroegde uittreding bij mannen leidt tot een significant lagere kans op overlijden in de eerste vijf jaar na pensionering. De reden zou kunnen zijn dat werk meer dan vrije tijd met stress gepaard gaat; de onderzoekers constateerden dat de mannen die eerder met pensioen gingen een kleinere kans hadden op een fatale beroerte.

Uitnodiging
Ik doe een uitnodiging. Wie komt met overtuigend bewijs dat mijn verklaring niet klopt? Komt er niemand, dan hou ik, zoals een goede wetenschapper betaamt, mijn verklaring overeind.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *